In een recente ontdekking die een stempel drukt op de geschiedenis van onze planeet, hebben wetenschappers een inslagkrater geïdentificeerd die niet minder dan 3,47 miljard jaar oud is. Gelegen in het Craton van Pilbara, in West-Australië, is deze krater de oudste die tot nu toe bekend is en biedt waardevolle informatie over de kindertijd van de aarde.
In de vroege dagen van onze planeet waren inslagen van hemellichamen dagelijkse kost. Sterker nog, men gelooft dat een van deze inslagen de maan vormde ongeveer 4,5 miljard jaar geleden. In die tijd was het zonnestelsel nog in ontwikkeling, vol met ruimtepuin dat tegen elkaar botste. In tegenstelling tot de maan, die zichtbare kraters behoudt vanwege het gebrek aan erosie, heeft de tijd op aarde veel van deze sporen gewist door processen zoals erosie en tectonische activiteit.
Een onverwachte en onthullende ontdekking
De studie gepubliceerd in Nature Communications benadrukt dat deze nieuwe krater de verwachtingen tart, omdat deze niet kan worden geïdentificeerd aan de hand van de gebruikelijke vorm. Hij werd geïdentificeerd dankzij zeldzame structuren die “gesplinterde kegels” worden genoemd, die alleen ontstaan onder de intense druk van meteorietinslagen. Professor Tim Johnson, co-leider van de studie, merkte op dat het gebrek aan oude kraters ertoe heeft geleid dat veel geologen ze over het hoofd hebben gezien, waardoor deze ontdekking een sleutelstuk is in de puzzel van de geschiedenis van inslagen op aarde.
Men schat dat de meteoriet die deze krater creëerde zich verplaatste met 36.000 km/u, waardoor een krater van meer dan 100 kilometer in diameter ontstond en puin over de hele planeet verspreidde. Deze ontdekking ondersteunt een theorie die al tientallen jaren wordt besproken over de oorsprong van de continenten. Insla-gen zoals die welke deze krater vormden, zouden rotsen hebben gesmolten en vulkanisch materiaal hebben gegenereerd, wat heeft bijgedragen aan de vorming van de eerste landmassa’s.
Bovendien zouden deze inslagen omgevingen hebben gecreëerd die bevorderlijk waren voor microbieel leven, wat suggereert dat het begin van het leven op aarde mogelijk meer verbonden is met deze gebeurtenissen dan eerder werd gedacht. Volgens Chris Kirkland, co-auteur van de studie, kan het vinden van meer kraters uit deze periode nieuwe deuren openen om te begrijpen hoe het leven op onze planeet begon.